VERBINDING Recensie
In 2021 verscheen in de Artiosreeks een nieuw boek van prof. dr. F.G. Immink over de kracht van de gereformeerde geloofstraditie en de belangrijke rol van de traditie daarbij. Het laat zien dat de klassiek gereformeerde traditie al eeuwen meegaat en fris en actueel blijft tot in onze tijd.
Jochem Abbes
Immink is emeritus-hoogleraar praktische theologie en oud-rector van de Protestantse Theologische Universiteit en heeft grote affiniteit met het gereformeerde gedachtengoed van Calvijn. “Die traditie heeft zich volgens hem steeds weer bewezen”, zo staat op de achterzijde van het boek te lezen. Nu heeft traditie het tij bepaald niet mee in onze pluriforme en geïndividualiseerde samenleving. Ouderwets, star en weinig kritisch, hoort men dan, terwijl juist de klassieke gereformeerde geloofspraktijk zo vruchtbaar blijkt te zijn.
Heilzaam
Het boek is ingedeeld in vijf hoofdstukken die leiden tot een slotbeschouwing met een positiebepaling en een blik op de toekomst. In overeenstemming met het karakter van de Artios-reeks – uitgegeven onder auspiciën van de Gereformeerde Bond in de Protestantse Kerk in Nederland – is ook dit deel qua thematiek en schrijfstijl duidelijk gericht op de toerusting van de gemeente. Het boek is geschreven in een prettige schrijfstijl, met kennis van zaken en met grote affiniteit met het onderwerp. Is de vorm goed, ook de (objectieve) inhoud wordt in een duidelijke, inspirerende en opbouwende toon neergezet. Het is nuttig en constructief om in het vergruisde kerkelijke landschap van vandaag de dag een overtuigd pleidooi te lezen voor de klassieke gereformeerde leer. Dat de auteur daarbij ook de traditie zo’n belangrijke rol toedicht, is in deze tijd van individualisering en nadruk op het gevoel (eigen mening) nodig en heilzaam.
Diepgang
In het eerste hoofdstuk gaat de auteur in op het belang van de traditie voor het christelijke geloofsleven. Traditie brengt verdieping aan in tijden van vervlakking en zij biedt toekomstperspectief in tijden van verwarring en bekommernis (25). De kerken moeten zich daarom zijns inziens blijven richten op het levend houden van de geloofsinhoud, de beoefening van de geloofspraktijken en het doorvertellen van de Bijbelse verhalen. Dat hoeft niet direct gepaard te gaan met grote missionaire perspectieven of profetische vergezichten, maar eenvoudigweg datgene blijven doen wat de kerken al eeuwenlang hebben gedaan. Dat juist in de praktische uitoefening van godsdienst diepgang ontstaat, maakt hij aan de hand van verschillende voorbeelden duidelijk.
Blijde boodschap
In de hoofdstukken 2, 3 en 4 schetst Immink een kernachtig overzicht van de hoofdlijnen van het evangelie en de omgang daarmee in de gereformeerde geloofstraditie. Kenschetsen van de boodschappen van Petrus en Paulus maken duidelijk hoe overlevering en openbaring in elkaars verlengde liggen. In de verzoenende en plaatsvervangende kracht van Jezus’ sterven ligt het hart van het evangelie. Uit allerlei teksten blijkt dat de blijde boodschap bestaat uit “een genadige vereniging met Christus” door de werking van de Heilige Geest. Aan de hand van Calvijn legt Immink uit hoe de Heilige Geest ons optilt boven ons eigen begrip, “want door Hem verlicht krijgt de ziel als het ware een nieuw en scherp gezichtsvermogen, waarmee zij de hemelse verborgenheden kan beschouwen” (Institutie, III 2.34). Na de essentie van het Nieuwe Testament te hebben weergegeven, gaat de auteur in op de rol van het Oude Testament, de psalmen en de tempeldienst.
Het beproefde
In hoofdstuk 5 gaat de auteur in op de vraag wat men nu moet verstaan onder klassiek gereformeerd. Immink: “Dat betreft bijvoorbeeld specifieke praktijken, geloofsovertuigingen, theologische denkbeelden, en gestalten van vroomheid. Het klassieke is in mijn ogen het beproefde, het eigensoortige dat zich doorgezet in de loop van de geschiedenis. Dus datgene wat de kritiek heeft doorstaan en wat kenmerkend blijft voor, in dit geval, het gereformeerde kerkelijke leven” (98). “Zo verheft het klassieke zich boven de wisselvalligheid van de tijd en de veranderlijkheid van de tijdgeest. Dat wat klassiek is, heeft iets blijvends, een soort tijdloze actualiteit” (99). Immink beschrijft daarop de thema’s die hij kenmerkend acht voor het klassiek gereformeerde gedachtengoed: a) de grondstructuur van het gereformeerde denken (Woord en Geest); b) de gereformeerde liturgie en c) twee theologische thema’s die kenmerkend zijn voor de gereformeerde geloofstraditie: 1) verkiezing & verbond en 2) rechtvaardiging & heiliging. Hoewel velen deze thema’s (her)kennen en eruit leven, behandelt de auteur allerlei ‘oude’ thema’s op een verrassende ‘nieuwe’ manier.
In de persoonlijk getinte slotbeschouwing beschrijft Immink het confronterende karakter van het huidige verbrokkelde en gemarginaliseerde kerkelijke landschap in Nederland. “Deze gemoedsgesteldheid brengt mij echter niet in onzekerheid ten aanzien van de waarde van de klassiek gereformeerde geloofstraditie. Integendeel! Ik ben juist overtuigd van haar rijkdom en diepgang. Ik word vrolijk van haar inzicht in het Evangelie van Jezus Christus en van haar doordenking van het geloof in God drie-enig” (160). Daarom: tolle, lege! Een warm pleidooi voor de oudste en meest consistente geloofstraditie in protestants Nederland. Van harte aanbevolen.
F.G. Immink, Overtuigd gereformeerd – Met sympathie voor de traditie (Heerenveen: Groen, 2021).
Dit artikel staat in het classisblad: Verbinding. Lees het hele blad digitaal hier.