Hier is de kerk

HIER IS DE KERK

In coronatijd gingen we online, zowel wat betreft vieringen als elkaar ontmoeten. Online is natuurlijk niet een echte vervanging voor elkaar fysiek ontmoeten, maar het heeft ons wel geholpen. Steeds beter lukt het om ook op andere manieren elkaar te informeren, ook al zitten er nadelen aan elkaar spreken via een beeldscherm of mail en andere media. In deze periode van online is ook de nieuwe website voor onze classis ontwikkeld en het is mooi geworden. Een aantal mensen heeft daar erg hard aan gewerkt en ze hebben eer van hun inspanningen. Ee hopen dat zo veel mogelijk mensen van de website gebruik zullen gaan maken door er op te kijken en zaken die van belang zijn er op te plaatsen. Ik wil dat doen met nadenken over kerk.

Zelf ben ik lid van en voel mij verbonden met de Protestantse gemeente Noordlaren-Glimmen. We zijn een kleine en gemoedelijke gemeente. We zijn divers – dat noemen we in onze tijd ‘pluriform’, want er zijn verschillende manieren van geloven en mens-zijn die samen één gemeenschap vormen. De gemeente gaat haar rustige gang.

Ik ben ook voorzitter van het bestuur van het dorpshuis in ons dorp Glimmen. Een dorpshuis is een andere wereld dan een kerkelijke gemeente. Zeker, je komt er soms (regelmatig) dezelfde mensen tegen, maar de sfeer is anders en wat er gebeurt ook. Dat klinkt logisch, want een kerkelijke gemeente is geen dorpshuis, valt niet samen met de dorpsgemeenschap; maar ze maakt er wel deel van uit en is betrokken op de mensen van het dorp.

Wat maakt kerk dan tot kerk?

Dat was eerder vanzelfsprekend. In mijn beeld was het ongeveer zo: een kerk is een gebouw waarin een groep mensen op zondagmorgen bij elkaar komt. Zij houden dan een kerkdienst en dat betekent luisteren naar een dominee die preekt over God en over Jezus, over wat wel en niet kan, zulke dingen. En ja, er wordt ook gezongen, gebeden en mensen zijn soms stil. Het is een serieuze aangelegenheid en zo komen ze ook de kerk uit, nadenkend over wat ze hebben gehoord.

Dat is wel veranderd. Nog steeds komen de mensen waarschijnlijk al nadenkend over wat ze hebben gehoord de kerk uit op zondagmorgen, als ze tenminste gaan. Ze worden misschien getroost of geraakt. Naar we hopen worden ze gesterkt en ze zijn, hoop ik, een beetje meer open gegaan voor wat er op hen toe kan komen. De verandering zit zowel in wat er wordt gepreekt en in de mensen die samenkomen. De preek heet vaak anders: meditatie of verkondiging; er is meer ruimte en het gaat over het leven van alledag, over wat we (kunnen) meemaken aan mooie dingen, vragen of verdrietige zaken als ziekte en verlies. De mensen zijn verschillend zowel in manier van geloven als in de weg die ze in hun dagelijkse leven gaan. En zo is het goed.

Na de koffie gaan de mensen opgewekt naar huis. Naast de viering zijn er andere ontmoetingsmomenten in de week, bij een bijbel- of gesprekskring, een gemeenteavond, de repetitie voor de cantorij, zo nu en dan een maaltijd of een koffieochtend voor dorpsbewoners.

Wat maakt kerk tot kerk? Wat is geloven? En is die kerkelijke gemeente nog wel zo’n andere wereld dan de dorpsgemeenschap in het dorpshuis?

Remmelt Meijer en Peter Wierenga roepen ons in hun boek Herkerken op tot een herbezinning op onze traditionele viering op zondagmorgen. De maatregelen vanwege de corona hebben ervoor gezorgd dat we vooral gericht waren op de vieringen die door moesten gaan, online dan maar, en net zoals we dat gewend waren. Zij vragen ons of we ons niet meer op andere ontmoetingen moeten richten op een ander moment van de week. En hebben we onze diaconale taken niet eigenlijk een beetje nagelaten en tekort gedaan? Is het niet veel beter allerlei vaste patronen los te laten en dingen anders te doen, zoals elkaar ontmoeten en het gesprek met elkaar voeren? Zij geven ons mee om ons meer op ‘relaties’ te richten en ons te verbinden met…

In datzelfde boek Herkerken vond ik het volgende citaat van bisschop Michael Curry en dat sprak me bijzonder aan, omdat het kerk verbindt met het dorp(shuis), samen:
“Als ik ruimte maak voor jou en jij maakt ruimte voor mij; als wij samenwerken om een samenleving te creëren – waar ruimte is voor al Gods kinderen, waar elk mens behandeld wordt als kind van God, dat naar Zijn beeld en gelijkenis geschapen is en waar iedereen geliefd, gezien en gerespecteerd wordt – als we samenwerken om die samenleving te creëren en niet opgeven, dan kan liefde ons allemaal redden.”

In deze woorden komen vieren en doen op een mooie manier samen en kan de vierplek, de eredienst, een mooie oefenplaats en broedplaats van liefde zijn verbonden met het dorp en het dorpshuis. Dat is mijn droom.

ds. Jan Hommes, classispredikant
3 mei 2021

Scroll naar boven