Van 20 tot 27 september is het Vredesweek. Het thema van dit jaar is: ‘Niets doen is geen optie.’ Als toelichting wordt gegeven: “Wanneer we geconfronteerd worden met onrecht en uitsluiting kunnen we niet wegkijken. We moeten actief verbinding zoeken, bruggen bouwen en mensen erkennen in hun volledige menselijkheid. Want vrede vraagt om actie: dus maak, bouw, pleit, doe, eis vrede. Dus stel jezelf en anderen de vraag: wat doe jij voor vrede?”
ds. Alberte van Ess, predikant Protestantse Gemeente Groningen
Niet wegkijken
Wegkijken in de letterlijke betekenis lijkt in onze tijd bijna onmogelijk. Dagelijks komen de schrijnende en verbijsterende beelden voorbij. Ik hoor om mij heen dat sommigen daar bijna wanhopig van worden. Omdat ze zich juist zo machteloos voelen. We kijken er dagelijks naar, maar wat kunnen we doen?
Die vraag blijven stellen en je niet afwenden is al iets (niet) doen. Getuige Elie Wiesel, die als jongen slachtoffer en getuige was van het deporteren van joodse mannen, vrouwen en kinderen naar Auschwitz. Hij zag daarbij voor het raam het gezicht van iemand die toekeek en zich daarna in onverschilligheid afwendde. Dat gezicht kon hij niet vergeten. Dat bleef hem achtervolgen. Het tegenovergestelde van vrede, zei hij, is niet oorlog, maar onverschilligheid jegens beide.
Vrede in de bijbel
Kan de bijbel ons helpen?
“Ik laat jullie vrede na.” Woorden van Jezus in zijn afscheidsrede. Na de belofte van zijn plaatsvervanger gaat Hij in op zijn erfenis. Aan de vooravond van Jezus’ lijden valt in het Johannesevangelie dat woord vrede voor het eerst.
In ons gewone taalgebruik spreken we al van vrede als er tenminste geen oorlog is en geen verdere conflicten. In de Bijbel echter is vrede meer en iets anders dan alleen de afwezigheid van oorlog. Zo kan in het Oude Testament koning David aan Uria vragen als die terugkomt van het slagveld, hoe het is gesteld met de vrede, de sjaloom, van de veldheer, hoe het is gesteld met de vrede van het volk en met de vrede van de oorlog. Ook in het Nieuwe Testament wordt van dezelfde gedachtegang uitgegaan. Zo lezen we in het Bijbelboek Handelingen dat de gemeente vrede had. En dat terwijl Stefanus pas gestenigd was, gemeenteleden vervolgd werden, kort daarna Paulus met de dood bedreigd werd en Jacobus vermoord. Vanuit de oorlog in Oekraïne hoorden we over het maandenlange ondergrondse leven in Charkov. Het metrostation deed dienst als een gemeenschappelijke woonkamer waar iedereen samen woont, eet en slaapt. Het leven in zo’n besloten setting werd omschreven als schrijnend, maar met ook veel solidariteit en rust.
Vrede in de Bijbel is dus niet zo eenduidig. Bij profeten als Jesaja en Zacharia wordt vrede het kernbegrip voor Gods toekomstig heilshandelen. De beloofde Messias is de Vredesvorst. En zo jubelen we het met Kerst uit over vrede op aarde, in de mensen een welbehagen. En vervolgens kan de oude Simeon nu in vrede gaan, want zijn ogen hebben Gods heil gezien. Hij heeft het vredeskind zelfs in de armen gehouden.
Vrede van binnen dan maar?
Als vrede in de bijbel iets anders is dan de afwezigheid van oorlog en geweld, is er wellicht de neiging naar het andere uiterste te gaan: de innerlijke vrede. Toch is ook dat niet bijbels gedacht. Vrede in de Bijbel is eerder de sfeer waarin het leven in de gemeenschap kan gedijen. Bij vrede gaat het om het menselijk leven als geheel, en dat leven wordt in de ontmoeting met anderen ervaren en genoten. Sjaloom heeft te maken met volledigheid, volheid, gaafheid, harmonie. Het gaat om een totaal gevoel van welbevinden. Bij jezelf, met jezelf, bij en met de ander, bij en met God. Die vrede laat Jezus zijn volgelingen na.
En dat is dan ook wat wij kunnen doen voor de vrede. Wat kort door de bocht gezegd: verbeter de wereld en begin bij jezelf. In je omgang met de mensen in jouw levenssfeer. De vrede als het ware voorleven, zoals Jezus ons dat heeft voorgedaan en nagelaten.
Alledaagse vrede
Die lijn lijkt ook Sara Kinsbergen te volgen in het essay dat ze schreef voor de Vredesweek:
“Maar wat als we vrede niet beschouwen als de afwezigheid van oorlog, maar als de aanwezigheid van elke vorm van constructieve, positieve menselijke interactie. Wat als we vrede van iets groots, macro, inter-statelijk, vertalen naar iets ‘alledaags’?…
Iets anders dan de afwezigheid van oorlog en geweld
Als we elk micro-conflict tussen individuen dat volgt op verhard debat beschouwen als een vlam die een grotere strijd kan aanwakkeren tussen groepen en zo tussen landen, dan kunnen we het niemandsland tussen uitgesprokenheid en stilte, tussen mening en nuance, tussen botsing en dialoog, misschien niet langer beschouwen als verloren ruimte en tijd, maar als de plek en het moment waar alledaagse vrede ontstaat. De plek waar je misschien niet altijd een oorlog wint of stopt, maar waar je ook geen nieuwe oorlog start.”

Dit artikel verscheen eerder in Kerk in Stad 16 – 2025, www.kerkinstad.nl