Eind maart bevond ik mij met een groep (grotendeels) uit de Nieuwe Kerk Groningen op Iona, een eiland met een rijke geschiedenis. Door mensen als St. Columba, die er in 565 een klooster stichtte, wat een bijzonder grote invloed had op het noordelijke deel van Europa, of George F. Macleod, die met arbeiders uit Glasgow en predikanten de abdij herbouwde en de Iona Community stichtte. Maar ook een plek die de bron vormde van een grote schat aan kunsten en geschriften.
Ds. Tirtsa Liefting-van den Toren
Zo ook het Keltische kruis, waar ook nog wel eens naar wordt verwezen als het kruis van Iona. Je komt ze, vaak rijk gedecoreerd en met een kruis dat door een cirkel wordt omgeven, op verschillende plekken op het eiland tegen. Ze doen anders aan dan de crucifixen die je in het zuiden van Nederland nog wel eens langs de weg kunt tegenkomen. Verschillende christelijke tradities en verschillende uitvoeringen, maar toch één en hetzelfde symbool.
Dit zette me aan het denken over de betekenis van het kruis als symbool in het christendom. Een symbool dat inmiddels niet meer weg te denken is uit onze samenleving. Je komt het tegen in vrijwel iedere kerk, op begraafplaatsen, aan een kettinkje om iemands nek, maar ook in logo’s van zowel christelijke als niet-christelijke organisaties. En toch, zo vanzelfsprekend als het nu misschien voelt, dat was het niet.
Pas onder keizer Constantijn de Grote werd het kruis namelijk als algemeen symbool van het christendom ingevoerd. In de eerste eeuwen werd er gebruik gemaakt van verschillende symbolen en motieven, zoals het Ichtusteken, het Christusmonogram, het Alpha en Omegateken of motieven als een duif of een herder. Deze symbolen kwamen veel vaker voor dan het kruis.
Als het kruis in deze eerste eeuwen wel werd gebruikt als motief of symbool, dan was dat vaak niet zozeer in verbinding met het lijdensverhaal, maar vanuit een eschatologisch denken. Bijvoorbeeld in verbeeldingen van het kruis als een schip met gestreken zeilen. Voor christenen droeg dit de betekenis van een reis in het schip van de kerk, die niet eindigde in de dood. Justin Martyr schrijft over de mast, die herinnert aan het kruis: “Onderwerp alles wat je ziet aan een onderzoek; bekijk eens of er iets mogelijk is zonder deze vorm [de kruisvorm] dat toch enige structuur heeft. Men kan de zee niet doorklieven wanneer het zeilwerk niet intact is, dat wil zeggen, uitgevouwen in de vorm van een kruis op het schip.”
De verbinding tussen het kruis en het eschatologisch denken van de vroege christenen vindt haar basis in een tekst uit het evangelie volgens Mattheüs (24:30) waarin Christus spreekt over zijn terugkeer bij het Laatste Oordeel en over ‘het teken van de Mensenzoon’ dat aan het einde van de tijden zal verschijnen. Dat men aannam dat hier het kruis mee werd bedoeld, wordt duidelijk uit een uitspraak van Cyrillus van Jeruzalem: “De overwinningstrofee van Jezus, het kruis, zal op een dag opnieuw aan de hemel verschijnen.”
Een van de eerste keren dat het kruis echt als belangrijk symbool genoemd wordt, is aan het begin van de derde eeuw, door Clement van Alexandrië in zijn geschrift Stromateis. Daarin heeft hij het over ‘het symbool van de Heer (tou Kuriakou semeiou tupon)’.
Inmiddels is het kruis als symbool voor het christendom zo vanzelfsprekend geworden dat we bijna niet meer beseffen hoe vreemd het eigenlijk is om een martelwerktuig van een vernederende dood tot algemeen symbool te maken. In de eerste eeuwen was dat voor niet-christenen onbegrijpelijk. Dit wordt goed duidelijk in een van de eerste, voor ons bekende, afbeeldingen van de kruisiging van Jezus: een antichristelijke spotprent (gevonden op de Palatijnse Heuvel in Rome). Het is een graffito (waarschijnlijk uit de tweede eeuw na Christus) waarop we de voorstelling van een gekruisigde persoon met ezelskop zien, met daarnaast een andere figuur in een houding van aanbidding. De begeleidende tekst luidt ‘Alexamenos aanbidt zijn God’.
Voor joden en niet-joden was het een bizar en weerzinwekkend idee dat christenen de kruisdood van Jezus in direct verband brachten met God en met de redding van de wereld. Niet voor niets stelt Paulus dat het kruis ingaat tegen alles wat in de wereld als redelijk en wijs wordt gezien. Hij zegt: “De boodschap die wijst naar Christus aan het kruis klinkt volslagen belachelijk in de oren van hen die vastberaden uit zijn op vernieling, maar voor hen die de weg van de verlossing gaan klinkt hij als een klok. Zo werkt God, en dat zou hij niet krachtiger kunnen doen, zo blijkt. Er staat geschreven: “Ik zet de traditionele wijsheid op z’n kop; ik laat zien dat zogenaamde experts uit hun nek kletsen.’” (uit The Message, een vertaling van E. Peterson).
Het kruis als symbool van je geloof, absolute dwaasheid zou je zeggen. Maar misschien past dat wel precies bij het christelijke verhaal. In het Nieuwe Testament worden kruis en kruisdragen, van Jezus en van zijn volgelingen, steeds in verband gebracht met zelfverloochening, zelfopoffering, nederigheid en dienstbaarheid. Het is toch alleen een dwaas die daarvoor kiest?
Dit artikel verscheen eerder in Kerk in Stad 7 – 2023 – kerkinstad.nl