Doeltreffend ontzorgen: Een gesprek met het classisteam Groningen-Drenthe

In verschillende classes zijn na de eerste periode van vijf jaar classispredikanten nu classisteams aan de slag. Het zijn er op dit moment vier. De classis Groningen-Drenthe springt er uit, omdat zij ook een regio-interimpredikant in het team hebben. Op een natte middag in januari zitten we met hen om de tafel in de School in Visvliet, op de grens van Groningen en Friesland. Roel Knijff en Jasja Nottelman in gesprek met het classisteam van de classic Groningen-Drenthe: ds. Ellen Peersman, ds. Heleen Maat, Theo Throx en Eveline Vrolijk.

Roel Knijff & Jasja Nottelman

Het gesprek gaat meteen van start. Ellen vertelt hoe prettig ze het vindt om te werken in een team. ‘Je kunt je visie delen en je kunt je aan elkaar scherpen. Het is in Groningen best pittig. Het gemeenteleven is kwetsbaar en we doen ons best om gemeenten te ontzorgen. Vooral om daardoor ook weer ruimte te maken voor het geloofsgesprek.’
Heleen vult aan: ‘De vieringen raken ondergesneeuwd door de bestuurlijke zorg. Er komen steeds meer gastvoorgangers waardoor de continuïteit van het gemeenteleven verbrokkelt. En het is ook niet meteen een garantie
voor kwaliteit.’
Evelien: ‘En de wens was er al langer, om in een team te werken en zo de mogelijkheid te hebben om meer doeltreffend te ontzorgen.’

Zelfinzicht en solidariteit

Theo: ‘Het vermogensbeheer gaat daar in mee. Dat is een hele klus voor gemeenten en dan helpt het hen enorm
als we daarin kunnen meedenken.’
Evelien: ‘We willen er graag aan meewerken dat het geloofsleven weer actief stroomt. En dan niet alleen in de grotere steden; we hopen dat er overal zoveel mogelijk vierplekken blijven.’
Ellen: ‘Toen ik als classispredikant begon lag er een goed beleidsplan en het is mooi om in die flow mee te
gaan. Wij hopen dat gemeenten tot zelfinzicht komen en dat ze ook tot solidariteit met anderen komen om zo
het geloofsleven in de regio te laten bloeien.’

Het is duidelijk dat hier een team zit met veel passie voor wat er leeft in de classis Groningen-Drenthe. En is er is een duidelijke samenwerking van deze regio met de dienstenorganisatie.

Zo kunnen we zorgen voor het ‘rode’ hart van de gemeente én het ‘blauwe’ beheer

Welke functies hebben deze mensen eigenlijk in dit team?

Ds. Ellen Peersman is de Classispredikant. Zij noemt zichzelf de geestelijk leider van de classis, de spin in het web die een verbindende rol speelt in het geheel. Zij bezoekt de gemeenten, hoort hun verhalen. Ze heeft alle werkgemeenschappen van predikanten en kerkelijk werkers bezocht en heeft daarmee vertrouwen opgebouwd.

Ds. Heleen Maat is een paar jaar geleden begonnen als regio-interimpredikant en kijkt waar er samenwerking mogelijk is tussen gemeenten. Daarin is juist het gesprek over de ecclesiologie van belang. Hoe ben je een gemeente, wat betekent het, kerk te zijn? Wat betekent het ambt en hoe werkt dat, als je een regionale kerkenraad gaat vormen?

Over grenzen heen

Theo Throx is vanuit de Dienstenorganisatie al langere tijd betrokken bij de Classis. Sinds vorig jaar november heeft hij meer uren gekregen voor Groningen-Drenthe. Hij heeft verstand van kerk en geld. Hij weet wat erbij komt kijken als het gaat om het aanstellen van predikanten en kerkelijk werkers. Hij heeft zicht op het vermogen en gebouwen van een gemeente en kan adviezen geven over het inzetten daarvan. En hij is de directe link met het CCBB. Theo nodigt ook uit om over dorpsgrenzen heen te kijken en in gesprek te gaan over solidariteit met anderen. Om met je eigen gemeentekerk te kunnen blijven ontstaan er steeds meer struikelblokken. Wat kun je samen doen als gaat om begroting en jaarrekening, waar loop je tegenaan in het gebruik van FRIS en wat zijn de mogelijkheden als het gaat om gezamenlijk beheer? Bijvoorbeeld het aanvragen van subsidies als het gaat om monumentale gebouwen is een pittige klus.

Ellen voegt toe dat er hiermee zowel gezorgd kan worden voor het ‘rode’ hart van de gemeente alsook voor het ‘blauwe’ beheer, voor gebouwen en organisatie.

Eveline Vrolijk is adviseur dienstverlening vanuit de Dienstenorganisatie. Daarnaast is ze betrokken bij diverse trainingen en de proefplekken die in het noorden ontstaan. Ze neemt de ervaringen uit het werk in de classis Groningen-Drenthe mee naar Utrecht en vice versa. Om zo te leren van wat er hier gebeurt en om dat ook weer elders in te kunnen zetten.

Kunnen jullie vertellen over wat er nu speelt in de classis?

Heleen: ‘We zijn bezig met toekomstgericht gemeente-zijn. In het noorden kijken we aan tegen een predikantentekort van 50%. Dat is fors. We proberen nu aanstellingen te bundelen zodat je kunt komen tot fulltime formatieplekken. Er zijn nu al een paar samenwerkingsverbanden. Bijvoorbeeld in de driehoek ’t Zand, Spijk en Holwierde, drie gemeenten en zeven dorpen. En van Warffum tot en met Roodeschool.

‘Maar we werken toe naar samenwerkingsverbanden met twee of drie predikanten en/of kerkelijk werkers, die ieder een specialisatie kunnen gaan inbrengen. Je kunt het onderverdelen in ‘bouwen’, ‘zorgen’ en ‘vieren’. Dan kun je je focussen op een van de thema’s. Er zijn predikanten die ons nu al benaderen wanneer ze kunnen solliciteren. Het idee is wel dat er dan binnen het team van predikanten genoeg ‘spreiding’ is van de verschillende theologische liggingen. Om zo meerdere mensen te kunnen bedienen. Ellen is nu ook bezig om met mensen van de Dienstenorganisatie een training te ontwikkelen binnen de Permanente Educatie voor collegae die op deze manier in een team gaan werken.’

Ruimte voor experiment en innovatie

Ellen: ‘Uiteindelijk kunnen we gemeenten niet dwingen om samen te werken, we leggen niet op hoe het moet, de kerkenraad beslist. Maar we proberen zoveel mogelijk te stimuleren en te laten zien wat er kan en hoe het kan.
Theo: ‘Ook de diaconieën gaan mee in het plaatje. Vaak is het diaconaat een goede ingang om samen te werken. Er is in de classis ook een diaconaal opbouwwerker die hierin stappen gaat zetten.

Wat is jullie wens voor onze lezers?

Ellen: ‘Het lijkt ons goed dat het idee van samenwerken en specialiseren steeds meer aandacht krijgt onder predikanten en kerkelijk werkers. Dat er ruimte is voor experiment en innovatie. Ontdek dat samenwerken leuke en onverwachte kanten kan hebben. Dus dat het voor mooie uitdagingen zorgt in het vak van predikant.’

Dit artikel verscheen eerder in Predikant & samenleving | februari 2025 | Bond van Nederlandse Predikanten

Scroll naar boven